De Nederlandse 16de-eeuwse schilder Pieter Aertsen wist als eerste taferelen uit het dagelijks leven af te beelden met dezelfde waardigheid die toen enkel was weggelegd voor religieuze en mythologische voorstellingen.
Dankzij Karel Van Mander zijn er maar weinig details over het leven van Oude Meester Pieter Aertsen ons onbekend. Op zijn 18e verhuist de Old Master van Amsterdam naar Antwerpen, waar hij vrijwel meteen tot de Sint Lucasgilde toetreedt. In zijn eerste jaren in Antwerpen spitst de Nederlandse Meester zich vooral toe op het schilderen van altaarstukken, waar hij heel wat bekendheid mee vergaart. Daarnaast zal Aertsen zich meer en meer op genrestukken en voorstellingen van het boerenleven richten, alsook het realistisch afbeelden van brood, fruit en vlees. Vooral de antieke genreschilderijen en stillevens zijn bewaard gebleven, aangezien de meeste van zijn altaarstukken de vernieling van de Beeldenstorm niet zullen overleven. Inspiratie vindt Old Master Pieter Aertsen bij zijn tijdsgenoten Frans Floris en Pieter Bruegel de Oude en ook de invloed van Lucas Van Leyden is duidelijk zichtbaar in zijn werk. Een van de meest bekende antieke schilderijen van de 16de-eeuwse Oude Meester is De Vleesstal, een schilderij uit 1551 dat perfect weergeeft wat Pieter Aertsen zo goed kon: het combineren van een realistisch, dagelijks beeld van een slagerij terwijl zich in de achtergrond de vlucht van Egypte afspeelt.
