Oude meesters en de romantiek

We spreken van Oude Meesters bij kunstenaars die werkten in Europa van de 14de eeuw tot ongeveer 1800. Meestal studeerden ze ook af aan de Sint-Lucasgilde in hun stad, waarna ze ook meester werden en lesgaven. Ook antieke schilders die faam vergaarden zonder aangesloten te zijn bij de gilde worden soms gerekend tot de Oude Meesters. De eersten die tot de Oude Meesters worden gerekend zijn kunstenaars als Cimabue en Giotto. Zij legden de grondstenen voor de rest van de kunstgeschiedenis, zowel bij Oude meesters als bij moderne en hedendaagse kunst.

Doorheen de stijlen die tot de Oude Meesters worden gerekend komt er een alsmaar grotere verfijning, aandacht voor detail, emotie en expressie. Deze parameters komen echt tot een culminatiepunt in de Romantiek, de laatste stroming die tot de Oude Meesters worden gerekend. De stroming, die doorliep tot in de 19de eeuw, kende zowel uitlopers in de beeldende kunst, literatuur en muziek. Vooral Duitsland, Frankrijk en Engeland kenden grote Romantische meesters. Subjectiviteit, emotie en contemplatie zijn van zeer groot belang, zoals Oude Meesters voor hen ook al beoogden. Kunstenaars als William Blake, Theodore Géricault en Eugène Delacroix waren zeer belangrijk. Na de romantiek wordt kunst doorgaans geclassificeerd als Moderne Kunst, dit tot ongeveer 1960, wanneer de Hedendaagse Kunst aan zijn opmars begint, te beginnen met de conceptuele kunst.

Oude Meesters hebben ontegensprekelijk een zeer grote invloed gehad in de kunst die na hen kwam, tot op de dag van vandaag. Zonder hun revolutionaire inzichten in perspectief, kleurwerking, carnaten en expressie zou kunst nu niet zijn wat het is.

Hollandse landschilderkunst oude meesters Mignot Institut